Na ruim vijftig jaar is Glaser de schepper van een oeuvre met een monumentaal karakter
Woont en werkt in Maastricht - de hoofdstad van de provincie Limburg - met haar sfeer bepalende landschap: de heuvels, de glooiïngen en hun doorzichten. De heersende luchtdrukverschillen van toppen en dalen. Harmonieus kronkelen de weggetjes begrensd door hun einders langs randen van de minste weerstand. Bij spelonken begroeid met bruidsluier en klimop staan de berenklauwen als pionnen te wachten. Het landschap speelt een belangrijke rol in zijn werk. Dit zijn de decors waarbinnen de verbeelding zich afspeelt. Glaser is een onderzoeker, een gedreven zoeker naar het hoe en het waarom. We kennen uit zijn begin periodes 1967–1972 en 1972-1977 zijn uitvindingen als: ‘Sinasappelen-motor’, de ‘Jaargetijden-motor’, de ’Zintuigelijke versnellings-bak’ en de Íntuïtie-boom’. Centraal staat in zijn werk de werking van de inspiratie.
René Glaser is sinds 1968 zelfstandig werkzaam als beeldend kunstenaar. Hij doorliep zijn opleidingen achtereenvolgens aan de St. Joost Academie in Breda, De Nederlandse Film Academie in Amsterdam en De Jan van Eyck Academie te Maastricht.
Glaser is een graficus pur sang. In het kundig werken met diverse druktechnieken, om te komen tot een origineel werk, is hij een meester. Voor het vastleggen van beelden in een drukvorm gebruikt hij technieken zoals o.a. etsen, litho’s en linogravures. Later ook schilderingen met drukinkten, (monotypes), schilderijen en niet te vergeten zijn driedimensionale werken in de vorm van de door hem genoemde, ‘Constructivos’
Centraal in de wereld van Glaser staat de Inspiratie. Stelselmatig heeft hij de werking van dit mysterie aan onderzoek onderworpen. Het motief en demuze van de schilder en graficus Glaser is aldus de inspiratie zelf.
In Glasers wereld komt kunst voort uit de verveling. Al vroeg - in 1970 - bracht hij deze opvatting onder woorden in een tweetal manifesten: de ‘School Der Verveling’ en de ‘Wereld Van Losse Gedachten’. Overwachts speelt hier in de praktijk van het staren een opmerkelijke rol. Het blijkt een methode om de blik van buiten naar binnen te richten tot het moment suprème waarop, in Glasers termen, de verbeelding wordt aangetokkeld.
De jaren negentig stonden in het teken van deze werkwijze in combinatie met een ‘Natureingang’. De Pietersberg en de Lichtenberg aan de rand van Maastricht, de oude hoeve Slavante en de rivier de Maas werden zijn geliefde ‘staringsvelden’.
De natuur gaat bij uitstek functioneren als katalysator voor de inspiratie. Het resultaat was een groot aantal landschappen. Geen realistische, maar fantasmagorische voorstellingen, uit het onbewuste opborrelende beelden en dromerige herinneringen. Zij tonen niet alleen Glasers verlangen naar vervreemding, maar ook zijn voorliefde voor de monotype, een razendsnelle druktechniek, waarmee hij de eerste, prille flitsen van zijn verbeelding onmiddellijk kan registreren.
Het trappenhuis laat expressionistisch werk zien uit de jaren zeventig en tachtig, de benedenzaal romantisch werk uit de jaren negentig. In elk van de ruimtes demonstreert Rene' Glaser één aspect van zijn kunnen. Drie vormen van verzet tegen verveling: denken, fantaseren en verlangen.
© Hermens Concept. Creation. Motion.